Eduard Spanjaard, voor Schaakclub Utrecht van onmisbare betekenis geweest. Toen hij als veertienjarige jeugdspeler in 1923 lid werd, had hij amper geld om de contributie te betalen. Hij hóéfde ook niet te betalen, en heeft zijn hele leven niet geweten wie de betaling van zijn contributie toentertijd voor zijn rekening genomen heeft (al heeft hij wel vermoed dat het Olland was). Hij is vervolgens zijn hele leven lid geweest van SCU gebleven en stierf in 1981 op de club achter het schaakbord. Tussendoor dertien keer clubkampioen geweest, twee keer een periode van zes jaar voorzitter geweest, waarnemend voorzitter, clubbladredacteur, meervoudig teamleider, organisator van vele clubevenementen, enzovoorts, enzovoorts. Naar het erelid…
-
-
Peut – Bunge (1979)
Honderd jaar eenzaamheid Lucas Bunge Lucas Bunge, uitgever van het boek Eeuwig schaak en reeds lange tijd schaker bij Schaakclub Utrecht. Hier boven in beeld, anno april 2003. In dit stukje proza geeft Lucas Bunge een aardig beeld van de kwellingen die de gemiddelde schaker zo ongeveer meemaakt achter het bord! Uuit het jubileumboek 100 jaar SCU. De knoeier, tiende bord, zesde tiental, uitwedstrijd: ‘hij ziet er uit als een slimme wiskundestudent, o jé, en wat schrijft hij precies in z’n notatieboekje. Van dat soort psychastene schakers verlies ik meestal … ja, prettige wedstrijd. Wat zet-ie vastberaden en geroutineerd die e-pion naar voren, echt dat goede-schakersgreepje. Kwam de koffie maar.…
-
Simultaan Karpov (1977)
Eén van de hoogtepunten in de geschiedenis van Schaakclub Utrecht is een simultaanseance van Anatoli Karpov. Eduard Spanjaard had het georganiseerd en Utrechts sponsor uit die tijd (CVI) had het gefinancierd. Karpov is op het moment van deze simultaan wereldkampioen. Het CVI en een avondje Karpov Michel Hoetmer Had onze immer van activiteit bruisende voorzitter het tijdens de ledenvergadering al niet met de nodige omzichtheid aangekondigd? Toch kwam het bezoek van wereldkampioen schaken Anatoli Karpov als een complete verrassing. Immers, niemand geloofde er echt in, dat men in het Stichtse tot het organiseren van een dergelijke exhibitie in staat was. Dankzij de inspanningen van de sluwe onderhandelaar Spanjaard en een…
-
Simultaanseances na de Tweede Wereldoorlog
Erik Olof Na de Tweede Wereldoorlog zien we minder buitenlandse beroemdheden hij de club simultaan spelen. Het wordt te duur. Het blijft meestal bij Nederlandse waar: Nico Cortlever, Hans Bouwmeester, Hans Ree, later aan het begin van het seizoen de clubkampioen. Diverse topgrootmeesters die nog wel in Utrecht simultaan spelen, doen dat in de V & D-simultaantournee. Overigens vallen er hij ‘Utrecht’ nog wel opmerkelijke feiten te melden. Op zaterdag 4 maart 1950 speelt Barendregt blindsimultaan aan tien borden, op een ogenblik dat het Nederlands record al op zijn naam staat met twintig borden. Na vier uur is zijn score: zeven gewonnen, twee remise, één verloren. In het begin van…
-
Nederlands kampioen in 1971! (2)
Het wonder van 1971 Robert Beekman 1971. Dat is het jaar waarin Schaakclub Utrecht kampioen van Nederland werd. Totaal onverwachts. Onverwachts, omdat net het jaar ervoor gepromoveerd was en niet verwacht werd gelijk door te stomen naar de titel. Een paar jaar ervoor (april 1968), kan ik nog het volgende in ons clubblad lezen: “Als de schaakclub Utrecht een vlag zou hebben, hing die nu halfstok. Wij zijn geen hoofdklasseclub meer. Het droef relaas van de gemiste kansen van de hand van Etmans (boven in beeld) treft men elders in dit nummer aan. Het had niet gehoefd, maar is toch gebeurd. Natuurlijk kan filosofisch worden aangevoerd, dat een hoofdklasse van…
-
Nederlands kampioen in 1971! (1)
Het tweede landskampioenschap van 1971 Bert Kieboom Toen de top van het Nederlandse competitieschaak nog niet werd beheerst door ‘huurlingen’ en een clubkampioenschap dus nog echt een clubkampioenschap was, heeft de Schaakclub Utrecht menigmaal haar partijtje om de landstitel mee geblazen. Twee maal is het gelukt de hoogste plaats te behalen, in 1946 en in 1971. Nauwelijks minder imposant is dat het eerste tiental bijna onafgebroken in de hoogste klasse heeft gespeeld van 1920/’21 tot en met 1957/’58. In dit hoofdstuk een verslag van het kampioenschap in 1971. (Uit het jubileumboek 100 jaar SCU.) Ook het tweede kampioenschap, van 1971, is niet uit de lucht komen vallen. Na de malaise,…
-
Bert Kieboom
In 1950 komt Bert Kieboom bij Schaakclub Utrecht. Hij gaat kijken bij de wedstrijd Argentinië – Utrecht. Max Euwe speelt dan namens Utrecht tegen Bolbochan. Vijftien jaar oud is hij dan. Op dat moment besluit hij lid te worden van Schaakclub Utrecht. Rechts speelt Euwe en direct achter Euwe kijkt een jongen (derde van rechts) geïnteresseerd toe. Dat is Bert Kieboom! Overigens kunt u helemaal links, zittend achter het tweede schaakbord, nog net het gezicht van Eduard Spanjaard zien. In november 1952 klimt hij op tot bord 8 van het vierde tiental en in december wint hij de tweede prijs in de tweede groep snelschaken. Daarna gaat het crescendo; in…
-
Prins en Bouwmeester
Robert Beekman Prins en Bouwmeester. Beiden hebben ze voor Utrecht gespeeld. Bouwmeester van 1960 – 1968. Prins van 1970 – 1973. Bouwmeester weer vanaf 1974. Nooit hebben ze samen gespeeld bij Utrecht. Of nee, toch één keer. Eén keer hebben ze naast elkaar gezeten. Bij Utrecht – Parijs. Ze wisselen geen woord met elkaar. De spanning is om te snijden. Vreemd, want als Hans Bouwmeester in 1948 bij ASC komt, heeft hij amper geld. Prins, die bij ASC aan het eerste bord speelt, wijst hem op een jeugdtoernooi in Birmingham. Bouwmeester wil maar al te graag en Lodewijk regelt alles voor hem. Geld via ASC en de Noordhollandse Schaakbond, onderdak…
-
Hans Bouwmeester
Uit het jubileumboek 125 jaar SCU Robert Beekman In 1960 verhuist Hans Bouwmeester naar Utrecht. Hij krijgt in Utrecht een ruime vijfkamerflat en dat is een hele verbetering ten opzichte van dat kleine flatje in Amsterdam. Zijn ‘vrind’ Eddy Spanjaard springt een gat in de lucht van vreugde. Hans moet en zal bij SC Utrecht komen spelen. Het lukt hem Hans over te halen trainer-speler te worden en gelijk laat Spanjaard een bericht in het Utrechts Nieuwsblad plaatsen: “De stad Utrecht herbergt sinds kort voor het eerst een door de FIDE erkend Nederlands schaakmeester. Hans Bouwmeester, na dr. Euwe met Donner behorende tot de sterkste spelers van ons land, heeft…
-
Een onrustig bezit
Hans Bouwmeester Herinneringen van Hans Bouwmeester, rechts in beeld op een foto uit 1982, aan zijn komst bij Schaakclub Utrecht in 1960 en de periode daarna. Uit het jubileumboek 100 jaar SCU. ‘Je bent hier’, sprak mijn oude strijdmakker Eduard Spanjaard, ‘in het gebouw voor C.S.B. Dat betekent Christelijke Sociale Belangen.’ Ik slikte even en, uiteraard, Eduard begreep onmiddellijk wat er in mij omging. Hij reageerde: ‘Dat zul je wel vreemd vinden en dat is het ook. Schaken is immers bepaald niet christelijk, zeker niet sociaal en het belang heb ik er nooit van ingezien.’ Het was in de zomer van het jaar onzes Heren 1960 dat ik mij als…