Robert Beekman
Van de week werd 84.000 euro neergeteld voor een haarlok van Che Guevara. Toegegeven, er zaten ook vingerafdrukken, wat landkaarten en foto’s van Che bij, maar toch mag dit een riante tegemoetkoming genoemd worden voor de 71-jarige man die zo slim was een dag voor de dood van Che een haarlokje af te knippen. Of althans, dat bewéért hij.
Che Guevara. Een wereldberoemde foto van Alberto Korda. Alberto keek zoekend door zijn fotocamera de wereld in en opeens zag hij daar Che. Oog, hersenen, hand. Klik! Zo worden dus wereldberoemde foto’s geboren.
Ernesto Guevara de la Serna. Revolutionair in hart en nieren. Geboren in Argentinië reisde hij door Latijns-Amerika en raakte ervan overtuigd dat de communistische revolutie de enige manier was om de bittere armoede in Zuid-Amerika aan te pakken. In 1953 is hij er getuige van dat er in Guatemala een succesvolle, door de CIA gesteunde staatsgreep wordt gepleegd. De socialistische regering wordt daar omvergeworpen en Che veranderd geleidelijk in een keiharde, verbeten en hardvochtige revolutionair. De wereld moet bevrijd worden! Tot elke prijs! Hij begon in Cuba. Met Fidel en Raul Castro begon hij in 1956 met 80 man de eerste poging. Deze faalde jammerlijk. Slechts 12 overleefden. Maar de volgende poging (1959) werd, gesteund door een veel groter rebellenleger, wel een succes. Che was een held, maar nam daar geen genoegen mee. Hij deed afstand van de Cubaanse nationaliteit en probeerde eerst in Congo een revolutie op gang te brengen. Tevergeefs. En toen in Bolivia. Daar werd hij in 1967 door het leger geëxecuteerd. Op 39-jarige leeftijd.
In de algehele beeldvorming is hij op en top verheerlijkt. Zijn afbeelding is tot op de dag van vandaag nog steeds zichtbaar op T-shirts en rugzakken. Maar hoezeer de moderne mens ook gewend is geraakt aan geweld op televisie en in film, moord corrumpeert altijd de zuiverheid van de ziel. De geschiedenis herinnert Che ook als de wrede man die bekend stond om zijn publieke executies. Slechts op een paar meter afstand schoot hij met een massieve 0.45 zijn slachtoffers door het hoofd, waarna de familie en vrienden van de geëxecuteerde gedwongen werden om het verwoeste lichaam (met het bloed en de hersenen tegen de muur op gespat) te aanschouwen.
Voor degenen die geloven dat schakers keihard moeten zijn, is er aldus nieuwe ammunitie. Want Che was ook een gegenadigd schaker. Reeds als twaalfjarige deed hij mee aan vele schaaktoernooien. En in 1962 speelde hij bijvoorbeeld remise tegen de grootmeesters Najdorf en Filip. In een simultaan, wel te verstaan. Een aantal partijen zijn dus gewoon bewaard gebleven. Che zet daarbij zijn partijen logisch op en zonder zichtbare fouten. Wat speelt zo’n revolutionair in hart en nieren overigens? Op 1.d4 speelt hij Schlechter, op 1.e4 Gesloten Spaans. En als hij wit heeft zie ik Gesloten Siciliaans op het bord verschijnen.
Zouden de grootmeesters bevangen zijn het geweest door respect voor een beroemde naam? Of was het om een legende tevreden te stellen? Links Najdorf – Guevara na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.O-O Le7 6.Te1 b5 7.Lb3 d6 8.c3 O-O 9.h3 h6 10.d4 Te8 11.Pbd2 Lf8 12.d5 Pe7 13.c4 bxc4 14.Pxc4. Zoals u ziet speelt Che met zwart gewoon de hoofdvariant. Als zwart niets doet kan pion c7 zwak worden, en Che speelt daarom heel terecht 14… c6. Niet bang voor de zwakte op d6 (en dat in 1962!), niet bang voor La4. Er volgde 15.dxc6 Pxc6 16.Le3 Le6 remise. 14… c6 is een goede oplossing voor het stellingsprobleem en vraagt absoluut enig schaakinzicht. Valt het bovendien niet op dat Che niet 16… Pxe4 speelt in plaats van het gespeelde 16… Le6? De zet kan inderdaad niet, maar vraagt beslist enig rekenwerk.
Niet slecht, toch? Eén kanttekening is daarbij wel op zijn plaats. Najdorf speelde de simultaan gedeeltelijk blind. Een zware exercitie. Omdat Che de sterkste tegenstander was, kwam het hem dus niet slecht uit snel remise te spelen. En bovendien speelde Najdorf tegen de verzamelde regering van Cuba. Najdorf heeft later menigmaal gezegd dat hij in dit soort gevallen altijd remise speelt tegen de president, maar de ministers genadeloos verslaat. Fidel Castro en Che Guevara werden aldus remise, de rest werd gewonnen.
Evengoed, vreemd genoeg zou Che in 1949 ook remise tegen Najdorf gespeeld hebben, en opnieuw in een simultaan. Beiden waren immers Argentijn. Maar hoe wispelturig is de geschiedschrijving wel niet. Volgens een andere bron (de dochter van Najdorf) zou haar vader in 1949 gewonnen hebben en weigerde Che het remise-aanbod van Miguel (in de bewuste eindstand hierboven) omdat hij de score wilde verevenen. Er werd doorgespeeld en uiteindelijk zou Najdorf alsnog winnen. En dan is er nog een vermeend artikel van Najdorf in een Argentijns tijdschrift. Daar schrijft Najdorf dat Che remise aannam onder de woorden: “Je bent een groot speler en groot diplomaat. Maar alsjeblieft, nu graag niet diplomatiek spelen.” En er volgt een tweede (niet opgetekende) partij, die Che evenwel verloor.
Links de eindstand in de simultaanpartij Filip – Guevara. Gespeeld is: 1.Pf3 d5 2.c4 c6 3.d4 Pf6 4.Pc3 g6 5.Lf4 Lg7 6.e3 Lf5 7.Db3 b6 8.Le2 O-O 9.0-0 Pe4 10.Tfe1 Pxc3 11.bxc3 e6 12.h3 Pd7 13.cxd5 exd5 14.c4 dxc4 15.Lxc4 Pf6 16.Le5 Le4 17.Pd2 Ld5 18.Lxd5 Dxd5 19.Dxd5 Pxd5 20.Lxg7 Kxg7 21.Tec1 Tac8 22.Tab1 f5 23.Pf3 c5 24.dxc5 Txc5 25.Txc5 Lxc5 26.Tc1 Tc8. Wie staat er in de eindstand eigenlijk beter? Zwart, zou ik zeggen – diens koning kan sneller gecentraliseerd worden, hoewel het voordeel evengoed academisch is. In de partij ziet alleen 6… Lf5 er dubieus uit. Verder redelijke zetten.
.
Boven kijkt Che Guevara hoe Spassky tegen Greiff speelt, gedurende het Capablanca memorial te Havana.
Speelde Guevara dus beter dan we dachten? Nou, een redelijk clubspeler zou ik zeggen. Maar meer ook niet. Sosonko vertelt in zijn voorwoord bij het boek My Best Games, vol. 1 van Victor Kortsjnoi de volgende anekdote. Kortsjnoi geeft in 1963, bij het Capablanca Memorial toernooi, samen met Tal enkele simultaans. Het valt hen ogenblikkelijk op dat Che Guevara tussen de deelnemers bij Kortsjnoi zit. Eén van de officials benadert Kortsjnoi zegt tegen hem: “Che Guevara houdt gepassioneerd veel van schaken, maar hij is een nogal zwakke speler. Hij zou heel erg blij zijn als hij tegen jou remise zou kunnen maken.” Kortsjnoi knikt begripvol. Later in het hotel, vraag Tal hem hoe het afgelopen is. “Alles gewonnen.” – “Ook tegen Che Guevara?” – “Ja, hij heeft geen flauw idee wat hij tegen het Catalaans moet doen!”
Links de bewuste simultaan van Kortsjnoi waarbij rechts Che in beeld is.
.
.
.
.