De Bevrijdingsdag valt dit jaar op een dinsdag en daarom wordt er niet geschaakt. Althans niet bij Oud Zuylen, maar niets weerhoudt u ervan om de 32 houtjes ter hand te nemen of een oude partij na te spelen. Of eens even stil te staan bij schakers die om het leven zijn gekomen tijdens WOII. Zoals Salo Landau, vooral bekend om zijn partijen tegen Euwe.
Samuel (Salo) Landau (Bochnia (Polen), 1 april 1903 – Gr?ditz (destijds Duitsland, nu Polen), 31 maart 1944) was een Nederlandse schaker van joods-Poolse komaf. Landau werd in 1936 Nederlands kampioen. Hij werd in 1942 door de Duitsers gearresteerd en overgebracht naar het Extern kommando Gr?ditz, een dwangarbeiderskamp voor gedeporteerde joden. Daar kwam hij in 1944 om het leven.
In de Eerste Wereldoorlog vluchtte de familie naar Wenen, waar honger geleden werd. Vader Landau stuurde daarna de kleine Salo naar vrienden in Rotterdam, waar hij na veel omzwervingen veilig aankwam. Op latere leeftijd leerde Salo Landau schaken. Hij schreef een aantal schaakboeken en maakte samen met een vriend een “schaaksleutel” van een aantal openingen.
Gedurende enige tijd deelde hij de top van het Nederlands schaken met Max Euwe. In de Tweede Wereldoorlog wilde hij vluchten maar werd door de Duitsers opgepakt en naar een werkkamp in bezet Polen gedeporteerd waar hij in 1944 omkwam. Max Euwe heeft geprobeerd zich voor zijn vriend in te zetten bij wereldkampioen Aleksandr Aljechin, maar het is niet geheel duidelijk of Aljechin zich voor joden wilde inzetten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog speelde hij diverse toernooien in Duitsland en in door Duitsland bezet gebied. In 1941 verschenen antisemitische artikelen, getiteld “Arisch en joods Schaak” onder zijn naam in de Franse Pariser Zeitung en in de Nederlandse Deutsche Zeitung. Onderzoek heeft geen definitief bewijs opgeleverd van de authenticiteit van deze artikelen.
Salo Landau heeft de Landauvariant nagelaten, in het Slavisch: 1.d4 d5 2.c4 c6 3.Pf3 Pf6 4.e3 Lf5 5.cd cd 6.Db3 Dc8 7.Ld2 e6 8.Pa3