intern,  partijen

Tralalalieschaak in de interne

doorhetijsgezaktIn de interne competitie had men er afgelopen dinsdag weer zin an. Op veel borden werd er flink aan de pijp geschud, zoals de Vlamingen zeggen. Hoogste tijd om twee knokpartijen te laten zien. In de eerste partij zien we hoe Jaap ternauwernood ontsnapt aan de gevaarlijke tacticus Michel. De tweede betreft de clash tussen Huib en schrijver dezes (Alwin, aangenaam).

Michel aan het woord: “Tegen Jaap spelen is altijd bijzonder, een klassieke tegenstander die tegen werkelijk iedereen gevaarlijk kan zijn. Een leuk feit is dat onze laatste drie
partijen allemaal in remise zijn ge?indigd, met kansen voor beide spelers. Dit was de eerste partij waar ik mezelf nergens echt verloren heb zien staan, wat voor mij een verbetering is.”
Naar aanleiding van het ietwat rustige 6.Le2 tegen de Najdorf zegt Michel: “Jaap heeft tegen mijn Siciliaans al eerder een gesloten variant gespeeld, nu was het tijd voor iets anders… Jaap speelt zoveel, je weet nooit wat je moet verwachten: behalve dan dat het een klassieke schaakschool is.

“En remise overeengekomen. Het torenlopereindspel is remise want alle pionnen op de damevleugel verdwijnen. Een leuk potje en het is Jaap te prijzen hoe kordaat hij verdedigde met weinig tijd!”

En dan de partij tussen Huib en mij. Zoals Huib opmerkte, leveren wij altijd harde strijd. Op de een of andere manier deinzen we nooit ergens voor terug. Sinds 1989 hebben we de degens vaak gekruist en ik kan me niet herinneren dat er ??n saaie partij tussen zat. Huib koos voor de roerige Meranervariant.
Voor wie er niet mee bekend is: de Meraner van het semi-Slavisch is genoemd naar de stad Merano in Noord-Itali?, waar hij in 1924 voor het eerst werd gespeeld in de partij tussen Ernst Gr?nfeld en Akiba Rubinstein. Zwart geeft het veld d5 op voor ruimte op de damevleugel, wit daarentegen speelt in het centrum, wat kan leiden tot schermutselingen waarbij je gemakkelijk door het ijs kunt zakken. Mijn 6.Dc2 staat te boek als anti-Meraner: wit probeert zwarts plan met a6, b5 en c5 te dwarsbomen, waarna zwart met Ld6 en e5 een ander plan kan uitvoeren of, zoals Huib, toch vasthouden aan het oude plan. Ik was zo gefixeerd op het saboteren van c5 dat ik een dubieuze paardmanoeuvre probeerde, zonder goed naar de stelling te kijken. Want c5 is zo helemaal niet te verhinderen. Bovendien zag ik een tactische grap over het hoofd. Huib zag het ook niet.

Leuk detail is dat die dezelfde denkfout al eens was voorgekomen in een partij in het kampioenschap van Vietnam, in de categorie meisjes onder de 13 jaar: Khanh Nguyen T. Kim tegen My Le La Tra (??ng Th?p 1999, zwart wint in 41 zetten). De laatste zag het trucje wel en speelde 12…Lxc5 13. Dxc5 Dxd3, zie partij (overigens was ik zelf 13.0-0 van plan).
Dat wij hier zaten te schaken als een stel Vietnamese schoolmeisjes, hoort u mij niet zeggen. U weet hoe sterk de jeugd soms kan spelen, al bakte de witspeelster er in dit geval ook niet veel van. Mevrouw Le La Tra (geb. 1984) heb ik trouwens niet verzonnen: zij bestaat echt en het is geen pseudoniem! Nadat ik in grote-stappen-snel-thuis-stijl de g-lijn veroverde, dacht ik wel: Tralalalie, tieralalala!
Het commentaar is van Huib.

 

 

 

Eén reactie